Het is er heel heet, stoffig en de straten in het dorp Istasyon zijn leeg. Onder een grote moerbeien boom staat een kleurrijk gebouw met in grote letters de naam van het circus. Vanbinnen lijkt het op een gymzaal, met een trapeze, valmatten, stelten en jongleerballen. Hier oefenen Turkse kinderen én Syrische vluchtelingenkinderen acrobatische trucs. Het laatste optreden is alweer twee jaar geleden en Selma kan niet wachten tot het volgende optreden op het échte podium dat gebouwd gaat worden in de tuin. De vorige optredens waren op straat. “Het leukste vond ik dat ik heel trots op mezelf was. En mijn familie ook.”
Circusjuf Pinar snapt heel goed waardoor Selma zich zo voelde. “Als kinderen in de schijnwerpers staan, kan dat het effect zijn. Het publiek ziet de kinderen op dat moment als artiesten, niet als vluchtelingen.” In het dorp worden kinderen als Selma nogal eens gepest en gediscrimineerd. Behalve dus tijdens het optreden. Toen was er bewondering en applaus. Pinar: “Dat geeft zelfvertrouwen.”