Syrische vluchtelingen zijn de zondebok in de Turkse grensplaats Reyhanli

Turkije vangt 4 miljoen vluchtelingen op, waarvan er 3,7 miljoen afkomstig zijn uit Syrië. De de economische crisis zorgt nu voor spanningen tussen Turken en Syriërs.

De hoofdstraat in Turkse grensplaats Reyhanli is bloedheet, stoffig en uitgestorven. Alleen op de zaterdagse markt is wat leven te bespeuren, maar de stemming is bedrukt. Verkopers en klanten beginnen of eindigen het gesprek met het uiten van hun ongenoegen. Onderwerp van frustratie: de economische situatie, de hoeveelheid Syriërs die in Reyhanli wonen of een combinatie van beide.

Watermeloenverkoper Mustafa Kilic heeft vier vingers aan zijn rechterhand – geen duim – maar toch heeft hij een van zijn meloenen op creatieve wijze opengesneden. Er komt een klant met een boodschappentrolley langs, ze vraagt de prijs. “10 lira per kilo”, zegt Kilic. De vrouw knikt en loopt door. “Zie je wel, niemand kan dit betalen”, verzucht Kilic, die op de markt geld moet verdienen om zijn pensioen aan te vullen.

Bij gebrek aan klanten mengt tapijtverkoopster Dilek zich in het gesprek. Ze wil niet met haar hele naam in de krant. Ook zij heeft het financieel niet makkelijk. Op de markt verdient ze niet veel, dus ze zou liever op het land of in de fabriek werken. Dat ze daar geen werk kan vinden, wijt ze vooral aan de Syriërs: “Zij werken voor veel minder, dus nemen ze ons Turken niet meer aan.” Ook heeft ze het idee dat veel Syriërs geld krijgen van de overheid om boodschappen van te doen.

Lees verder in Trouw.